vrijdag 21 december 2012

Magistraal wildlife op Borneo



Langzaam puft de buitenboordmotor de laatste beetjes uitlaatgas door de uitlaat waarmee het geluid van de jungle ons nu ongefiltert tegemoet komt.
We horen vogels krijsen en de olifanten aan de kant van het water het gras afscheuren en opeten. Het geluid van gespetter door het badderen in de rivier wordt even later overstelpt door gebrul en getoeter van de grote mannetjes olifant. Hij wil ons vertellen iets verderop toe te kijken zo lijkt het.

Doordat het nacht is zijn we afhankelijk van het grote zoeklicht op onze kleine boot. Als het licht de oever afgaat zien we een hele grote kudde met pigmee olifanten, in het wild. Gaaf!
Later op de avond, op de terugweg zien we hoe ze de rivier overzwemmen (!). Wat een overdonderende ervaring!

De aankomst een paar dagen eerder in Sandakan voelt als thuiskomen voor Gerda. De klamme hitte zorg gelijk voor hevig transpireren.
We nemen een taxi naar Sepilok (hier ligt het opvang centrum voor urangutans waar Gerda vorig jaar vrijwilligerswerk heeft gedaan) en boeken een chaletje in het Sepilok Forest Edge Resort.

We gaan onmiddellijk naar het centrum waar Gerda al snel wordt herenigd met de urangutan en de mensen waarmee ze innig heeft samengewerkt.




Prachtig te zien hoe makkelijk deze sierlijke dieren, die ongelooflijk aan mensen doet denken, zich door de boomtoppen bewegen. Ik kan me goed voorstellen hoe deze dieren het hart van Gerda hebben gestolen.




De volgende dag doen we een rondritje door Sandakan, waar we bij het War Memorial te zien krijgen hoe wreed de japanners omgingen met hun krijgsgevangen. Weinigen overleven de moordende omstandigheden, de hitte en de ziektes. Indrukwekkend. Als slagroom op de taart kregen de overlevenden een dodenmars naar een stad 250 km verder op. Van de ruim 2500 gevangenen overleven er 6.

In de stad zelf krijgen we een prachtige rondrit, die eindigt bij de centrale markt waar net name veel verse vis verkocht wordt. Echt vers, je ruikt bijna de geur van vis niet en tonijn zover het oog reikt..



Daarna lopen we nog kort een rondje door de haven, de hitte drijft ons uiteindelijk weer de taxi met airco in. Wat kan het op Borneo ongelooflijk heet worden!



We besluiten een 2 daagse 'Kinabatang' toer te boeken. Deze enorme rivier loopt door de jungle heen er er schijnt veel wildlife te zien te zijn.
De weg ernaar toe is er een met horten en stoten: wat zijn de wegen hier slecht. Niet zo vreemd overigens, er rijdt hier veel vrachtverkeer, druk met het vervoeren van palmolie producten  Het is schrijnend om te zien hoeveel jungle er gekapt is ten faveure van deze industrie. Op de weg naar de rivier is bijna geen jungle meer te zien, en we rijden 2 uur lang. Wat veel mensen niet weten is dat palmolie in bijna al onze dagelijkse (industriële) producten verwerkt zit, Unilever is een van de grootse verwerkers wereldwijd. Geen zeepje schuimt zonder. Elk product waarop staat 'vegetable oil' is hoogstwaarschijnlijk gemaakt met palmolie.
De industrie is hier verantwoordelijk voor het bijna volledig verdwijnen van het regenwoud. Uiteindelijk is het onze vraag die de markt creëert...

Maar goed, we komen aan en per boot gaan we naar ons jungle resort, in een stuk jungle wat gelukkig bewaard is gebleven en blijft.


De  middag cruise is er een met veel hoogtepunten. We zien wilde urangutans, zoet water krokodillen, veel andere apensoort en de al eerder genoemde olifanten.




We genieten met volle teugen en na de al eerder beschreven avond cruise keren we de volgende dag terug in Sepilok.
Die avond maken we een 'nightwalk' door de jungle en zien slangen, spinnen en kikkers.



De palmolie industrie laat soms ook zijn goede kanten zien. Een van de grote 'palmolieboeren' ziet wat de industrie met het leefgebied van de 'pobiscus monkeys' doet en besluit het gedeelte jungle wat loopt tot aan de zee niet om te hakken en maakt er een reservaat van.Een prachtig mangrovebos onder invloed van eb en vloed.
In dit reservaat kan je als bezoeker komen kijken. De apen moeten worden bijgevoerd omdat het gebied te klein is voor zo'n grote groep apen. Als bezoeker loop je er tussen de apen rond. We zien naast de probiscus monkey (ook wel 'dutch monkey' genoemd vanwege de grote.....neus en buik) silverleaf monkeys.








Net als we bijna willen weggaan strijken er 2 zgn. 'hornbills' neer. Wat een prachtige vogels!



Verder zijn we voor ons bezoek aan Borneo nog een dagje Kuala Lumpur in geweest, hier de foto's:








Wat een prachtige ervaring tot nu toe in Maleisië!


woensdag 12 december 2012

' Cuuuus-meeeeeee'



Hue is een stadje midden in Vietnam. Letterlijk in de geschiedenis ingesloten tussen het meer westerse zuiden en het communistische noorden. Een intellectuele stad, die lang heeft gediend als stad waar intellect en koninkrijk samen kwamen.


Een stad met een prachtige citadel, rond 1800 opgebouwd door het destijds regerende koningkrijk. In deze citadel leefden de koningen samen met het intellect. In het belangrijkste ommuurde gedeelte staat niet meer zoveel overeind. Voor het laatst volledig verwoest door de amerikanen, toen deze Hue verloren tijdens het Tet-offensief. Vervolgens gooiden de amerikanen de citadel plat om de stad te kunnen heroveren.


Gelukkig word er druk gerestaureerd en kunnen wij -gelukkig weer in korte broek vanwege het meer warmere zuidelijke klimaat- er rondlopen. Overal kogelgaten.


We genieten van het heerlijke avondleven en gaan lekker uit eten en drinken lekkere drankjes op terassen in het backpackersgebied. Overal: 'Cuus-meeeeeee, wanna happy hour? Only few dollahhhhh'. Op een avond dat Gerda weg is en ik alleen terug loop naar het hotel worden mij bijzonder jonge dames aangeboden voor vertier. Schokkend en nog niet eerder meegemaakt.
Op onze treinreis hebben we Fedde, een spaanse jongen ontmoet en we trekken veel samen op. We hebben het erg gezellig en hebben veel overeenkomsten, waaronder motorrijden. We wisselen druk plannen uit met een uitwisseling Sevilla-Amsterdam. Verder maken we via Fedde kennis met Natalie, een dame uit Oostenrijk, we zien elkaar de komende dagen veel en eten en drinken veel samen.

Na een paar dagen verruilen we Hue voor Hoi-An, een oud vissersdorp 150 km onder Hue.




Het is een prachtig plaatsje, waar door het vele toerisme, veel is gerestaureerd. Resultaat is een prachtig dorpje met veel authentieke huizen. Vooral s'avonds ontstaat er door de vele lampionnen een prachtige ambiance waar lekker gegeten en gedronken wordt. We genieten!


We huren er nog een motortje en kunnen op deze manier van de gebaande paden af. Als we een mooi weggetje zien nemen we deze en we worden door een prachtig vietnamees landschap geleid van watertjes, rijstvelden en dorpjes. Prachtig!




Op het strand -waar we niet kunnen zwemmen vanwege het mindere weer van deze dag- zien we de woeste golven, die een gevolg zijn van de tyfoon, die de Filipijnen de afgelopen dagen heeft getroffen. Het is te gevaarlijk om te zwemmen.



In de avond drinken we bij de ondergaande zon een heerlijk verkoelend drankje.


Nog een mooi tafereel: op een dag zitten we ergens te lunchen en dan opeens een enorm kabaal. De middagpauze van de aanpalende school. Alle kinderen stormen naar een hek, achter het hek een oude dame met snoepgoed. Een keiharde onderhandeling volgt door het hek, met graaiende armen van de kinderen en de oude dame wordt er niet koud of warm van...hier leren ze het dus...onderhandelen!


De volgende dag vliegen we door Naar Ho Chi Minh City. De vlucht is nog goedkoper dan met  de bus reizen en die hebben we inmiddels genoeg gezien.

HCMC is een erg levende stad. We kijken er rond en vergapen ons aan de energie die hier heerst. We zitten midden in het backpackers district en genieten van het uitgaansleven, compleet met 'dames van lichte zeden' (niet zelf hoor ;>)).


In de avond lopen we nog even door de yoghurt ijs drive-in...af te reken per gram...inventieve gasten...


Er valt hier genoeg te beleven en we besluiten ook nog een ochtend op bezoek te gaan bij de tunnels van Cu Chi. Het sluipen door de tunnels is indrukwekkend claustrofobisch en geeft een beeld van wat de Vietnamezen tijdens de Amerikaanse oorlog hebben moeten verduren.
Er wordt ons duidelijk, dat dit volkje knetterhard voor zichzelf en anderen kan zijn en dat de amerikanen dit hier nooit hadden kunnen winnen. Wat een doorzetters en uitgekiende strijders waren dit.



We verlaten Vietnam en vliegen door naar Maleisië, waar we onze trip op Borneo zullen beëindigen.